Recensie door Aad van der Drift
Op de achterkant van het boek Onzichtbare risico’s in het Draadloze Tijdperk (van uitgeverij The Cross in the Circle of Light) staat: Karel en Caroline doen op grond van diepgaand onderzoek een boekje open over de effecten van het gebruik van draadloze apparatuur. Dit boek is geschreven voor de leek: gecompliceerde technische informatie is omgezet in een voor eenieder begrijpelijke taal, gemakkelijk te lezen en met humor gebracht. Met vele handige tips om de gezond-heidsrisico’s van mobieltjes en draadloos internet in te dammen. En praktijkinformatie over zendmasten en antennes in je woonwijk en de schadelijkheid ervan voor de volksgezondheid. Voorts wordt uitgebreid aandacht besteed aan onderwerpen als elektrosensibiliteit en draadloos internet (WLAN/WiFi) thuis en op school.
Kortom een boek dat volgens de achterklap de risico’s van een stralend tijdperk op een rij wil zetten en daarbij UMTS-masten, draadloze zenders, mobiele telefoons en magnetronvoedsel over een kam scheert. Leesvoer voor een ieder die zijn bedenkingen heeft over straling.
Wie het voorwoord leest van Onzichtbare risico’s in het Draadloze Tijdperk krijgt al gauw een heel raar gevoel. De auteurs van het ruim 350 pagina’s tellende boekwerk melden dat er door straling waarschijnlijk allerlei vage aspecifieke langetermijneffecten ontstaan. Effecten die zeer kwalijk zijn voor de mens. In een langere lijst met opsommingen komen zowel winderigheid als onvrijwillige urineverlies voor maar ook ernstige klachten als hersenkanker en Alzheimer. De volledige opsomming zal ik u besparen, maar telkens wordt er wel met een scheef oog richting mobiele telefonie gekeken. Het ernstigste wat er kan gebeuren is een DNA breuk.
Kortom een serieus onderwerp geschreven op degelijk wetenschappelijk onderzoek, gedaan door onder andere woonbiologen. Helaas gaat het al mis met dit boek op pagina 17 waar de auteurs hun achtergrond uit de doeken doen. Ze vertellen dat ze met een grote dosis humor, maar net als de rest van de mensheid, niet in staat zijn om technische verhandelingen te willen of te kunnen volgen download videos via link.
Voor wie een boek koopt over een technologisch onderwerp is dit een weinig vertrouwen gevende passage. Het lijkt mij dat men met kennis van zaken beter kan oordelen dan met het hier beleden brevet van onkunde.
Een rijstebrijberg van informatie over mobieltjes, DECT en andere elektro-magnetische pulsen gaat ons vervolgens voorbij om door de volgens auteurs niets-aan-de-hand-, ga-maar-rustig-slapen-mythe heen te prikken. Het boek blijkt al spoedig een hoog zweverigheidgehalte te hebben; in de Ten Geleide steekt de heer Messing met esoterische inzichten de mensheid een hart onder de riem.
Esoterie is de kennis die ingewijden slechts hebben, dus geeft dit boek een heel andere inzicht over natuurkundige en historische feiten van de wereld van elektronica. Het boek is derhalve niet meer serieus te nemen en dat is jammer. Er valt zeker iets te melden over elektromagnetische velden, iedereen met elektriciteit in huis heeft er wel mee te maken. Ook ver van onze dichtbewoonde wereld is er altijd wel iets van aanwezig. Elektromagnetische pulsen kunnen schade aanbrengen, mits in voldoende hoge concentraties aanwezig.
Het boek neemt ook de grote stralingsbronnen als magnetrons, hoogspannings-kabels en zendmasten ter hand, maar ook het kleinere werk als mobieltjes en wifi. Middels suggestieve vraagstelling en opmerkingen en een uiterst dreigende hoofdstukindeling komen zoals eerder gesteld de meest vreselijke ziekten aan de orde. Wie bij de boekhandel dit boek doorbladert moet zich als oppervlakkige lezer in elk geval zeer ongemakkelijk voelen.
Aan enig historisch besef lijden beide auteurs niet. In het eerste hoofdstuk halen ze een Russisch onderzoek aan over de dreiging van de magnetron. De magnetron, ontwikkeld in Nazi-Duitsland (een grove fout want het was door de Amerikaan, Percy Spencer ontdekt), werd in 1976 in de Sovjet Unie verboden download kostenlos elf yourself. Hoewel in onze contreien de magnetron toen ook nog niet in grote getale werd gebruikt, waren de Russen al zo slim dit op voorhand te verbieden. Ik zal wel niet veel nieuws vertellen als ik hier meld dat de Sovjet Unie ten onderging aan een gebrek aan consumptiegoederen. De sovjet mens kon na 80 jaar communistische verlakkerij tot 1989 niet veel kopen, een magnetron al zeer zeker niet omdat het apparaat niet op grote schaal door de Sovjets was te produceren. Verbieden op gezondheidsgronden in een land dat niet kan produceren is handiger dan je onvermogen toegeven. Wie nu naar Moskou reist merkt van dat verbod van een kwart eeuw geleden niet veel meer. De magnetron wordt zelfs opgevoerd als het recept voor kanker.
Onderzoek uit 1989 leidde al tot een controverse tussen de wetenschappers Hans Ulrich Hertel en professor Bernard Blanc. Dit boek echter rept niet over zo’n discussie maar weet het zeker.
In hoofdstuk 2 komt de woonbioloog aan de orde. Voor ca. 400 euro komt deze man bij je over de vloer om elektrosmog en geopathische factoren te meten. Op basis daarvan doet hij een voorstel, dat er meestal op neerkomt alle electronica te verwijderen. Van babyfoon tot televisie, alles de slaapkamer uit is het advies. Wie dat alles niet doet heeft grote kans op leukemie, lymfoma en kinderkanker. Uiteraard geldt dat ook voor wonen onder een hoogspanningsmast. Sterke stralingsbronnen lijken volgens de schrijvers de oorzaak van almaar meer voorkomen van ernstige ziekten.
Is het dan allemaal onzin wat in dit boek wordt beweerd, nee uiteraard niet. Bloot-gesteld worden aan extreem hoge spanning is ongezond, net als blootstelling aan magnetronstraling, maar overdrijven ligt in dit boek meer dan eens op de loer. Het is ook niet zo gek dat apparaten met een elektromagnetische werking gestoord kunnen raken door een overmaat aan elektromagnetische velden. Pacemaker-houders is het niet aan te raden dicht bij een magnetron te gaan staan, en een mobieltje bij het tanken gebruiken kan tot spontane ontbranding van benzine leiden (is een heel enkele keer gebeurd) authenticator-app herunterladen.
Een onjuiste suggestie van het boek is dat langdurige zwakke elektromagnetische straling ernstige gevolgen heeft voor de gezondheid van heel veel mensen. De te veronderstellen ziektebeelden behelzen nagenoeg alles wat in de medische encyclopedie voorkomt. Het ernstigst is zogenaamde DNS schade, wellicht was dat ooit de grond waarop wij mensen zijn ontstaan, maar misschien ook de reden dat we weer verdwijnen van het aardse, wie zal het zeggen. De mensheid wordt echter vanaf het begin van haar aardse aanwezigheid geteisterd door een aardmagnetisch veld. Over het algemeen ervoer men dat als handig, want we zouden we het anders zonder kompas hebben moeten stellen.
Na een mild leesbaar eerste deel wordt het tweede deel van het boek kwaadaardig. Allerlei weetjes met een hoog promotiegehalte voor de woonbioloog, die dure beschermingsmiddelen aandraagt tegen elektrostress, vormt het vervolg van het boek. Het hoogtepunt van dit esoterisch boekwerk vindt de argeloze lezer op pagina 291. Daar staan o.a de tips met vreemde en onheilbrengende achtergrond.
Wil je wel mobiel bellen neem dan nog eens 20 extra tips in acht; de belangrijkste daarvan zijn: hou de mobiel uit de buurt van je medemens, want anders heeft deze last van passief mobiel bellen, en weet dat jij ook verantwoordelijk bent voor de zendmasten.
Wie een vermakelijk maar oliedom boek wil lezen kan ik Onzichtbare risico’s in het Draadloze Tijdperk, deel 1, zeker aanraden. Met weinig verstand van zaken geschreven en esoterisch van opzet, waar wel weer een markt voor zal zijn. Wie zich bij de schare der doemdenkers en zweefkezen wil opstellen raad ik het van harte aan; wie zijn nuchter verstand gebruikt hoop ik met deze recensie kosten te hebben bespaard.
Aad van der Drift (oud-aardrijkskunde docent) is ict-coördinator op het Zernike College en verantwoordelijk voor de opbouw van de website aldaar. Tevens adviseert hij scholen en instellingen over de op- en uitbouw van hun websites. Zie ook avddrift.it.
Commentaar van de auteurs Karel & Caroline van Huffelen
In de aanvang van zijn recensie schrijft de heer van der Drift: Kortom een boek dat volgens de achterklap de risico’s van een stralend tijdperk op een rij wil zetten… Het woord achterklap betekent: kwaadsprekerij, roddel, lichtvaardige kletspraat volgens de dikke Van Dale. Een freudiaanse verspreking? Dit achterklap-begin is symbolisch voor de gehele recensie die zowel qua opzet als op vele onderdelen uitermate onzorgvuldig en vaak apert onjuist is.
In de derde alinea schrijft de recensent dat wij melden dat er door straling waarschijnlijk allerlei vage aspecifieke langetermijneffecten ontstaan. Van der Drift heeft kennelijk niet het gehele boek gelezen, want telkens waar wij een waslijst van aspecifieke klachten en symptomen hebben vermeld, spreken we over wetenschappelijke vaststelling alsmede over praktische ervaringen van zowel patiënten als artsen (bijv. het door 1.500 artsen ondertekende Freiburger Appèl), niet over waarschijnlijkheid. Nergens hebben we het over aspecifieke langetermijn-effecten. Aspecifieke klachten treden ook vaak op korte(re) termijn op. Specifieke klachten zoals hersenkanker en gehoorzenuwtumoren ontstaan pas op de lange(re) termijn. Wie asbestvezeltjes of sigarettenrook inhaleert, krijgt niet direct longkanker of etalagebenen. Zo is het ook met het mobieltje of de DECT-telefoon. Wie een mobieltje met gepulste straling tegen zijn oor drukt – op slechts enkele centimeters van de hersenen – ontwikkelt niet onmiddellijk een tumor. Uit stapels wetenschappelijke studies blijkt evenwel een significante correlatie tussen zowel langdurig (10 jaar of langer) intensief bellen met het mobieltje enerzijds en het optreden van hersenkanker en gehoorzenuwtumoren anderzijds.
In de laatste zin van de derde alinea schrijft de recensent: Het ernstigste wat er kan gebeuren is een DNA-breuk. Nergens hebben wij geschreven over een DNA-breuk alsof het over een liesbreukje gaat. Deze bagatellisering door de recensent is niet alleen ongerechtvaardigd maar ook strijdig met de uitkomsten van het uitgebreide wetenschappelijk celbiologische onderzoek naar het verband tussen celschade (inclusief enkel- en dubbelstrengige DNA-breuken) en kunstmatige elektro-magnetische (EM-)straling. De mens is een elektromagnetisch wezen: ons celcommunicatiesysteem werkt d.m.v. elektromagnetische pulsjes (per cel worden 100.000 signalen per seconde verwerkt!). De grovere kunstmatige gepulste EM-straling van draadloze apparatuur blijkt te interfereren het met subtiele en complexe elektromagnetische besturingssysteem van mens en dier. En celschade is de voorbode van degeneratieve aandoeningen als kanker, Alzheimer en Parkinson.
De vierde alinea van de recensie begint van met de zin: Kortom een serieus onderwerp geschreven op degelijk wetenschappelijk onderzoek, gedaan door onder andere woonbiologen. Deze ongelukkig geformuleerde zin suggereert dat wij ons zouden baseren op onderzoek van (onder andere) woonbiologen. In geen enkel hoofdstuk hebben wij dat vermeld. Al het wetenschappelijke onderzoek, dat wij hebben vertaald naar de leek, is uitgevoerd door epidemiologen, (cel)biologen, hersenchirurgen, natuurkundigen, e.d., kortom professionele wetenschappers die hun sporen op deze onderzoeksterreinen hebben verdiend. Het gebruik van de term woonbiologen in dit verband is misleidend en suggestief.
Over de vierde en vijfde alinea schrijven we het volgende. Wij zijn inderdaad geen techneuten en ons boek behelst dan ook niet zozeer een technologisch onderwerp, zoals de recensent ten onrechte meent en schrijft, maar een verhandeling over de gezondheidseffecten van draadloze technologie. Ook ICT-deskundigen zoals de recensent – techneuten bij uitstek – staan over het algemeen niet of nauwelijks stil bij de gezondheidseffecten van draadloze toepassingen. Dat wordt veroorzaakt door het feit dat draadloze technologie zonder onderzoek vooraf naar mogelijke gezondheidseffecten wordt ingevoerd en vermarkt. Dat we de EM-straling niet kunnen zien, horen, ruiken of voelen wil nog niet zeggen dat deze emissies onschadelijk zijn. Met de zin: Het lijkt mij dat men met kennis van zaken beter kan oordelen dan met het hier beleden brevet van onkunde camoufleert de recensent zijn eigen brevet van onvermogen op het terrein van de gezondheidseffecten van draadloze technologie zoals het zojuist besproken inadequate gebruik van de term aspecifieke langetermijneffecten. Technische kennis is niet perse noodzakelijk om inzicht te verwerven op dit gebied, ze kan zelfs in de weg zitten. Een open geest en integriteit zijn de belangrijkste vereisten om tot helder inzicht te komen. Vooringenomenheid past daar niet bij. Wat wel kan helpen is een wetenschappelijke onder- of achtergrond want dan kan wetenschappelijke documentatie beter doorzien worden. Ik (Karel) beschik over een zodanige achtergrond en na anderhalf jaar (inmiddels ruim twee jaar) vorsen in wetenschappelijke studies en literatuur ben ik op dit terrein bepaald geen leek meer. Vergeleken met ICT-ers die zich er niet of amper in verdiept hebben, zou men mij zelfs deskundig op het gebied van de gezondheidseffecten van draadloze technologie kunnen noemen. Alles is relatief.
Ons boek is bepaald geen pennestrijd tegen draadloze technologie maar een pleidooi voor een dialoog over wat de exponentiële groei van de inmiddels talrijke toepassingen ervan doet met de volksgezondheid. Wij nodigen de lezer (óók de heer van der Drift) uit om anders te kijken. Om te kijken vanuit neutraliteit en integriteit. Een andere kijk betekent niet dat je je mobieltje moet inleveren. Ons boek is geen kruistocht tegen mobieltjes zoals de recensent een aantal malen in de boekbespreking lijkt te suggereren. Een andere kijk zou kunnen betekenen dat er nieuwe technologische oplossingen worden gecreëerd om de gezondheids- en milieuproblematiek, waarmee we inmiddels worden geconfronteerd, op te lossen.
De twee alinea’s die de recensent besteedt aan de magnetron blijven steken in enkele oppervlakkige verhalen over de geschiedenis ervan en over een tekort aan consumptiegoederen in de voormalige Sovjet Unie (wat niets met de door ons gesignaleerde magnetronproblematiek heeft uit te staan). Hoofdstuk 1 getiteld Wie zichzelf een kool wil stoven, die golft hem micro in de oven bestaat uit 13 pagina’s. Daarin staan slechts een paar regeltjes over de historie van de magnetron. De rest (99,9%) gaat over de gevaren van de magnetron, de aftakeling van in de magnetron bereid voedsel door de agressieve microgolfbestraling en de voortgezette aftakeling bij de mens die dit gedegenereerde eten nuttigt, de toxiciteit van zodanig bereid voedsel (het is carcinogeen), wetenschappelijk onderzoek op dit gebied, enz. Ook hier gaat de recensent doelbewust voorbij aan de essentie en inhoud van het hoofdstuk. Verder dan het suggestieve: De magnetron wordt zelfs opgevoerd als het recept voor kanker komt hij niet.
Op drie plaatsen in zijn bespreking stelt de recensent dat ons boek een esoterisch boekwerk is of iets van die strekking. Ook dat is een verdraaiing van de werkelijkheid. Ons boek heeft een down-to-earthbenadering en behandelt harde, concrete thema’s betreffende een keur van draadloze technologie en haar gezondheidsrisico’s, het zendmastenbeleid, WiFi op scholen, in huis en op kantoor, uitgebreid wetenschappelijk onderzoek, etc. Onzichtbare risico’s in het Draadloze Tijdperk is dus niet voor ingewijden bestemd of geschreven zoals de recensent lijkt te suggereren, maar voor de leek aan wie juist adequate informatie wordt onthouden door overheid en telecombranche. De overheid ontving € 5.9 miljard voor de UMTS-licenties. De Nederlandse staat bezit bovendien een belang van 39% in KPN dat ruim 80% van de Nederlandse telecommunicatiemarkt beheerst. Er is een zendmastenbeleid (Nationaal Antennebeleid) ontworpen waarbij de burger en de lagere overheid volkomen vleugellam zijn gemaakt. Overigens, dat de auteur van het voorwoord, Marcel Messing, esoterische inzichten zou verstrekken, is door de recensent uit de lucht gegrepen. Messing geeft inzicht in wat er feitelijk speelt: daar is géén woord esoterie bij. Wij begrijpen niet waarom de recensent zich niet houdt bij de feiten.
Kennelijk heeft de recensent het óók niet zo begrepen op de woonbioloog (of liever: bouwbioloog). Nergens hebben wij geschreven dat een woonbiologisch onderzoek ca. 400 euro zou kosten. Wij kennen bouwbiologen die het voor (minder dan) de helft doen plus voorrijkosten. Verderop heeft de recensent het over de woonbioloog die dure beschermingsmiddelen tegen elektrostress zou aandragen. Ook dat hebben wij niet geschreven. De bouwbiologie is ontstaan en ontwikkeld in Duitsland. Haar grondlegger is de journalist-wetenschapper Wolfgang Maes die de bouwbiologie in de afgelopen dertig (!) jaar een wetenschappelijk fundament heeft gegeven, samen met andere wetenschappers.
In de recensie wordt zonder enige argumentatie gesteld: Een onjuiste suggestie van het boek is dat langdurige zwakke elektromagnetische straling ernstige gevolgen heeft voor de gezondheid van heel veel mensen. Dat is géén suggestie van ons. Er ligt een dikke stapel wetenschappelijke rapporten, waaruit blijkt dat kunstmatige, gepulste EM-straling ver onder de in 1999 vastgestelde blootstellings-limiet (ICNIRP) :
Dat de mensheid geteisterd zou worden door aardmagnetische straling is een idee van de recensent waar wij niet achter kunnen staan: Het aardmagnetisme is van levensbelang voor alle leven op de planeet. We zouden niet zonder kunnen bestaan.
In het laatste deel van de recensie wordt geschreven: Het hoogtepunt van dit esoterische boekwerk vindt de argeloze lezer op pagina 291. Daar staan onder andere tips met vreemde en onheilbrengende achtergrond.
De lezer die (inmiddels) op pagina 291, het laatste hoofdstuk, is aanbeland is niet argeloos meer, omdat hij met de 29 voorafgaande hoofdstukken adequate informatie over de effecten van EM-straling heeft gelezen. Verantwoord en bewust mobiele-telefoongebruik zouden wij nooit onheilbrengend durven noemen. Integendeel, als je wéét dat mobiel bellen in afgesloten ruimtes (auto, trein, lift, souterrain, etc.) een hoge stralingssterkte tot gevolg heeft, kun je zodanig gebruik vermijden of beperken. Vele van de voorbeelden die de heer van der Drift noemt, zijn opnieuw apert onjuist of misleidend:
In zijn laatste alinea noemt de recensent Onzichtbare risico’s in het Draadloze Tijdperk een oliedom boek. Alle boeken zijn oliedom. Hij bedoelt natuurlijk dat hij ons als schrijvers oliedom vindt. Een boekbespreking die de hoofdlijnen en essentie van ons boek onbesproken laat en die door verdraaiing van feiten de context geheel uit de hengels trekt, is niet bepaald vertrouwenwekkend, eufemistisch gezegd en geschreven.
We wensen de lezer veel leesgenoegen met Onzichtbare risico’s in het Draadloze Tijdperk. Keur ons boek en laat zowel ons als de redactie van ICT-nieuws weten wat je van de recensie van de heer van der Drift vindt.
Karel & Caroline van Huffelen
De reactie van Aad van der Drift op de reactie van Karel en Caroline van Huffelen.
Wie lange reacties schrijft en daarmee zijn gelijk wil bewijzen verdient minstens enig wantrouwen, ik hou het kort. Ik spreek in mijn recensie bewust van achterklap omdat ik lichtvaardig geschreven boeken met bangmakerij (door zelfverklaarde leken) moeilijk serieus kan nemen. De tekst die je als achteloze lezer op de achterkant terug vindt is achterklap op de achterflap. De discussies over de gevolgen van Elektromagnetische straling hebben tot op heden nog niet tot een duidelijk en overtuigend bewijs gevoerd. Dat is jammer, want als de vreselijke zaken zoals verondersteld in het boek zouden optreden is dat zeer zeker serieus te nemen. Bangmakerij helpt echter niemand, zeker niet door schrijvers die een half boek over de zegeningen van de woonbioloog schrijven.
Ook voor degelijkheid komt dit boek niet in aanmerking, vraag de schrijvers maar eens naar de uitvinder van de magnetron en het verhaal gaat niet meer over Nazi’s maar over een Amerikaan die per ongeluk tegen het fenomeen aan loopt. Helaas houden de van Huffelens zich niet aan feiten waardoor dit boek een treurige exercitie van esoterische bangmakerij is geworden.